36, Antwerpen, The More You Ignore Me, The Closer I Get (2012)

Ook dit jaar volg ik schrijfles, vijf donderdagen lang, van personage tot verhaal. Dit was het huiswerk van week 3. Netjes op tijd door mij gemaild naar de juffrouw maar door een plots griepopstoot ben ik vorige week niet in de les geraakt. Die heeft recht op een tweede kans, dacht ik.

De soundtrack komt van de nieuwe star-in-wording Sharon Van Etten. Hier met een cover van Morrissey: The More You Ignore Me, The Closer I Get. Heerlijke titel.


LIEVEN OP HET BEELD

Ook op de dag dat Lieven met zijn hoofd te pletter sloeg op de kasseien van het grootste plein van de stad at hij een koek en een ei als ontbijt. Een kopje thee werd hem zoals elke ochtend aangereikt door Ellen, net op het moment dat hij het laatste stukje koek in zijn mond stak. Na de thee ongestoord te hebben opgedronken stond hij op van tafel en nam zijn rugzak die klaarstond in de hoek van de opgeruimde studentenkamer.  Hij kuste Ellen, die opgewekt de afwas deed, hard op haar mond en verliet hun appartement.

Hier sta ik nu, zegt hij tegen zichzelf. Dit is het moment, nu moet het gebeuren. Alles was volgens plan verlopen. Hij had de bus van 8.47 uur genomen en was uitgestapt in het centrum van de stad. Hij had 3 minuten gelopen naar café Spek en Eieren in de Kerkhofstraat. Daar had hij zich aan het afgesproken tafeltje gezet van waar hij zijn kameraden van het actiecomité één voor een zag binnenkomen.  Eens voltallig liepen ze in peloton naar het plein. Lieven had eigenlijk nooit precies geweten waarom hij precies was aangeduid voor de opdracht. Maar zijn fierheid won het van zijn nieuwsgierigheid. Hij wou zij kameraden niet teleurstellen. Met een zetje van twee kameraden klom hij vlot op het voetstuk van het standbeeld dat centraal op het plein stond. Vandaar klom hij solo verder tot op de gekruiste armen van het beeld waar hij plaats had om zijn rugzak neer te zetten.    

‘Komaan Lieven, haast je. Straks staan die klootzakken hier.’ Lieven voelde zijn armen na de inspanning hevig beven terwijl hij de pot rode verf en de verfborstel uit zijn rugzak nam. Hij zocht naar een stabiele houding op het standbeeld en dat was een hele opdracht met zijn knikkende knieën en de hevige wind die zo hoog boven de begane grond vrij spel had. Hoogtevrees sloop zijn lichaam binnen als een onklopbaar virus. Hij zag een beeld van zichzelf als kleuter op een klimrek. Eerst triomfantelijk met beide handen in de lucht op de top. En dan die duw van dat gemene klasgenootje.

Loeiende sirenes haalden hem uit zijn gedachten. Hij stak de verfborstel in de pot en deed waarvoor hij gekomen was.  Hij begon het hoofd van het beeld met wilde halen te bekladden met verf.  Tijdens het schilderen had hij een perfect uitzicht over het plein. De kerk in de steigers, de hoge appartementsgebouwen, de waaiende bomen, het gekrioel van winkelende mensjes. En plots zag hij haar. In de hoek van het plein, aan café De Post. Haar groene bloemetjesjurk zou hij uit de duizend herkennen. Ze had haar handen verstrengeld in vreemde handen. En haar mond bewoog akelig dicht een vreemde mond. Het zweet brak hem uit en hij moest moeite doen om zijn anders altijd regelmatige ademhaling te kalmeren. Lieven zag zijn hele toekomst in een als een slecht gebouwd kaartenhuisje in mekaar storten. En de opdracht die kon hem nu gestolen worden.

Ondertussen was het een een drukte van jewelste geworden aan het standbeeld. Hij zag een brandweerwagen en een ladder die alsmaar verder uitschoof, in zijn richting. Blauwe en rode zwaailichten als discospots. Sirenes als de melodie van een bonkende technoschijf. Flitsen van fototoestellen als de onvermijdelijke stroboscoop.

Lieven stond plots op het hoofd van het beeld. Hij was blijkbaar nog hoger geklommen, net zoals die ene dag op de kleuterschool. Een koor van mensen riep hem toe. Hij zag politie, brandweer en zijn kameraden. En Ellen die blijkbaar was toegesneld. Er zat paniek in haar ogen die hij nooit eerder had gezien. Hij zag haar opengesperde mond woorden uitschreeuwen maar hoe meer hij probeerde te luisteren, hoe minder hij ervan begreep. Hij hoorde enkel nog een vreemd soort geruis, een testbeeld tussen zijn oren. Er zat nog maar één gedachte in zijn hoofd. Neerstorten ga ik toch, dan kan ik het maar beter zo elegant mogelijk doen.

Hij nam voor de laatste keer de borstel en schreef blindelings op de achterkant van het hoofd van het beeld. Dan gooide hij borstel, verfpot en rugzak naar beneden. Dan gooide hij zichzelf naar beneden. Een vlucht van enkele seconden. Een harde landing.

Het was een brandweerman die als eerste zijn laatste boodschap las op het beeld. Woorden die nu op toiletdeuren worden gekrast en op t-shirts worden geprint. Woorden die opduiken in folders van politieke partijen.

“Je bent een ei als je denkt dat alles koek en ei is! “




35, Berlijn, Walk Unafraid (1998)

Het is tijd voor een paar nieuwe schoenen. Die gedachte spookte vorig jaar al door mijn hoofd. Maar op de een of andere manier kon ik maar geen afscheid nemen van mijn laarsjes. Nu waren ze echt versleten en op, ze konden het elk moment begeven. Het was tijd voor hun welverdiend pensioen.

In Berlijn kocht ik nieuwe schoenen. Voor de liefhebbers: van het merk Fly Londen. Uiteraard werden het laarsjes, ietsje zwaarder dan de vorige. Maar het was dan ook vollen bak winter in Berlijn dus dat konden ik en mijn voeten goed gebruiken.



Op ons appartement liet ik mijn oude paar schoenen nog even alleen met mijn nieuwe paar. Kwestie van wat tips door te geven (ja hoor: goede arbeidsomstandigheden en al, niet echt stinkvoeten, maar je moet wel je leven lang hard werken). En dan was er het afscheid. Ik op mijn nieuwe schoenen terug naar huis. De oude zijn in Berlijn gebleven.
Zo walk ik weer unafraid door het leven.




35, Brasschaatse bossen en wegen, New Sensation (1991)



Zaterdagochtend: -8° en 1,5 uur gelopen. Zondagochtend: -9° en 2 uur gefietst. Fris aan de vis, dat zeker. Maar ook een nieuwe sensatie: ijspegels in de baard. Stalagtietjes aan mijn onderkin. Mensen keken mij vreemd aan, dat vind ik wel leuk. Wat ik denk dat er in die vreemde blikken ook een tikkeltje jaloezie zit. 'Wat een stoere bink!" lees ik dan hun ogen. Zeker even stoer als Michael Hutchence van INXS :-)

 


35, Terug Van Berlijn, Little Arithmetics (1996)

Dat ik fan ben van dEUS, dat wist u al. Dat ik fan ben van Ed Harcourt, dat wist u misschien ook al (door dit blogpostje). Kruipen die twee toch niet samen op een podium zeker? In het machtige Lissabon? En doen ze samen Little Arithmetics aan de piano. Ideaal om de terug-thuis-na-een-wunderbar-lijke-5-daagse-in-Berlijn-kater mee door te spoelen. Let op de sigaret die prachtig heen en weer gaat tussen hun monden en handen. Zoiets makes me smile. Voor even toch want droefnis heerst alom na het einde van een ganz fantastische Berlijntrip. Of zei ik dat al?


35, Antwerpen, Sharp Dressed Man (1983)

De baard, dag 18. Het jeukt. De reacties zijn gemengder dan een gemiddelde pot verf in de Hubo. Edgy en vintage volgens de ene, "oei, scheermachine stuk?" zegt de andere. Collega's noemen me Beardy. Maar het liefje is blij en dat is al wat telt, niet? Mocht u ook een eigen mening willen vormen, hier is hij dan: de baard, dag 18.



35, Antwerpen, Jouw Liefde (2011)

U weet nog dat mijn huidig lief binnen een jaar of veertig als bomma naast mij in de zetel zal zitten om samen naar de koers te kijken? Wel, wij hebben nu ook al een verhaal om aan onze kleinkinderen te vertellen. Het gaat als volgt.

Kindjes, luister eens hier. Lang geleden, toen Europa nog eengemaakt was en de dieren nog konden praten, vierden bomma en ik onze eerste kerst samen. We waren al weken druk in de weer om geschikte cadeautjes voor mekaar te kopen. Zo kreeg ik van de bomma prachtige fietsjes die dienden als bladwijzer voor onze boeken. En ik gaf haar blauwe pumps die ik eigenhandig was gaan uitkiezen in een winkel in de Kloosterstraat in Antwerpen. Oh, we waren zo blij met die goed uitgezochte pakjes.

Maar dan moet het strafste nog komen, kindjes. In die tijd, 2011 was het geloof ik, ontkiemde er een muzikale revolutie. Dankzij Spotify hoefde je helemaal geen muziek meer te bezitten maar kreeg je toegang tot alle muziek die er bestond via een abonnement. Wij waren daar in het begin niet zo voor en startten een tegenreactie op. Onze mini-revolutie bestond uit het opnieuw kopen en afspelen van lp's. Platen. Vinyl. Zoek maar eens op Wikipedia hoe dat er uitziet, kindjes.

Een lp als kerstcadeau voor mijn liefje kon dus niet ontbreken dachten de bomma en ik allebei. En bij toeval kochten we allebei dezelfde plaat: "De Laatste Rit" van Raymond van het Groenewoud. Daar zaten we dan, met twee exemplaren van dezelfde plaat. Straf hè, kindjes?

Nog een verhaaltje? Nee, ofwa? Ofwa? Een snoepje? Allé dan, eentje maar hè! En nu stil zijn, want de renners passeren over de Oude Kwaremont.





35, Antwerpen, Love Rears Its Ugly Head (1991)

Hoe luistert de moderne mensch naar muziek?
- met een radio: om 's ochtends vroeg naar de gesproken berichten te luisteren
- met de iPod: aja want daar staat al zijn muziek op, die iPod is aangesloten op de versterker en vult het ganse huis met aangenaam in het gehoor liggende klanken
- met de laptop: aja want daar staat al zijn muziek op, die laptop kan aangesloten worden op de versterker en van op afstand bediend worden met de iPhone (!)
- met de iPhone: om onderweg te luisteren met de nieuwe en supercoole hoofdtelefoon (danku Sinterklaas!)
- met de LP-speler: de moderne mensch is helemaal retro-in en maakt het thuis graag gezellig door af en toe een plaatje op te leggen, de collectie wordt sinds kort gestaag uitgebreid (danku vrienden voor de verjaardagscadeauplatenbon!)

"En ik dan? En ik? En ik? En ik?"  krijst mijn cd-collectie nu in mijn oor. Sorry, cd's, maar ik zet jullie gewoon niet meer op. Omdat het niet nodig is. Maar ze zijn er nog wel natuurlijk, netjes alfabetisch gerangschikt en al. Wat doe je met cd's waar je niets meer mee doet?

Wel, ik heb er iets mee gedaan. Kijk maar.  Waar een dagje verlof toch niet goed voor is!


35, Antwerpen, I Need Love VS Ghost (1987 vs 2011)

Het was mijn liefje die mij erop wees en ik kan het alleen maar volmondig beamen. De strofe van de nieuwe dEUS-single Ghost heeft een weinig veel weg van I Need Love van LL Cool J. Luister maar.

Ja, mijn liefje kent haar klassiekers (ze was twee jaar toen I Need Love een hit was, ik daarentegen had toen al Frans op school en heb dit liedje nog ergens op een al lang vervallen cassetje staan). Ze heeft dan ook een hele goede smaak. Op het gebied van muziek én van mannen. Ja toch?