34, Schoten, The Children (2010)


6 april 2011: Scheldeprijs én een namiddagje met nichtje en neefje spelen. Kiezen is verliezen dus keek ik naar de Scheldeprijs terwijl ik Bjoke en Fenne entertainde. Of was het andersom?

Naarmate de wedstrijd vorderde steeg de spanning voelbaar. Bij mij toch. Fenne viel in slaap in de buggy en Bjoke vond die passerende renners eerder storend in haar spelletjes met klasgenoot Yannick.

Maar ik blijf volhouden, jong geleerd is immers oud gedaan. Ik streef naar een soort Pavlovreactie: nonkel Igor = koers = mee kunnen praten of heel stil kunnen zijn. Zodat bompa Igor later in alle stilte naar de koers kan kijken terwijl Bjoke en Fenne hun kinderen stil houden. "Sssst ... Igor kijkt naar de koers." Heerlijke woorden :-)







34, Deuzeld, Always On The Run (2010)


3 april 2010: Ronde Van Vlaanderen én Deuzeldjogging. Kiezen is verliezen dus liep ik de Deuzeldjogging terwijl ik op de hoogte werd gehouden van De Ronde. Of was het andersom?

En kijk eens wat ik terugvond in mijn medailledoosje: het bewijs van mijn deelname aan de Deuzeldjogging van 1985. 26 jaar geleden!

Hou nu even uw neus dicht want er komt eigen lof aan: man, ik loop nog goed voor zo'n oude zak te zijn :-)

9de op de 10 km in 42min50sec ! Als ik een vrouw was geweest dan was ik de eerste vrouw geweest!

En ja, ik heb dus een medailledoosje. Met de nadruk op -sje. Maar toch. Straf voor iemand die eigenlijk niets bijhoudt.


34, In De Wolken, Both Sides Now (1969)


Top drie van cd's die ik het minst gespeeld heb:
1. Shag Tobacco - Gavin Friday
2. Pandemonium - Killing Joke
3. Black Music - Chocolate Genius

Cd's die ik kocht toen ik leefde van mijn zakgeld. Als ik het me goed herinner was dat toen 150 frank per week. Vier weken sparen en ik kon een cd kopen. Het hoogtepunt van de maand zeg maar. Ik met de fiets naar de Van den Borre in Merksem waar in die dagen een Free Record Shop in huisde. Daar urenlang rondkijken, cd-boekjes bekijken, twijfelen, cd-boekjes besnuffelen, nog wat meer rondkijken, blijven twijfelen, om dan uiteindelijk, net voor sluitingstijd, toch maar een cd te kiezen. Dikwijls goeie keuzes zoals INXS (dat leest u hier), maar soms ook echt slechte keuzes. Écht slécht. En dan kom je thuis, maak je een lekker tasje thee, open je celebraal het doosje, steek je de cd in de cd-speler, sluit je je ogen en hoor je echt slechte muziek. Daar ging mijn 600 frank zuurgespaard zakgeld. Bummer!

En deze drie cd's vond ik toen slecht, vind ik nog altijd slecht en zal ik altijd slecht blijven vinden. De cd's zijn van Schoten naar Antwerpen naar Merksem naar Wilrijk naar Antwerpen naar Antwerpen telkens mee verhuisd en nooit uit hun doosje gehaald. What the hell was I thinking toen ik ze kocht?

Gelukkig gebeurt het soms ook dat je een cd koopt die je eerst maar niks vindt maar die je later, op de een of andere bizarre manier, opeens wel goed gaat vinden. Joni Mitchell is daarvan het beste voorbeeld. In het begin vond ik dat maar neuzelig en zagerig gedoe maar plots, op een zonnige zaterdagochtend in de lente, met een licht katerig gevoel van een fijne café-avond, zette ik die cd nog eens op en klopte plots alles.

Both Sides Now van Joni Mitchell is een wereldnummer. En het gaat dan ook nog eens over Clouds, de liefde en het leven. Hoe toepasselijk.


Bows and flows of angel hair and ice cream castles in the air
and feather canyons everywhere, I've looked at clouds that way.
But now they only block the sun, they rain and snow on everyone.
So many things I would have done but clouds got in my way.

I've looked at clouds from both sides now,
from up and down, and still somehow
it's cloud illusions I recall.
I really don't know clouds at all.

Moons and Junes and ferris wheels, the dizzy dancing way you feel
When every fairy tale comes real; I've looked at love that way.
But now it's just another show. You leave 'em laughing when you go
and if you care, don't let them know, don't give yourself away.

I've looked at love from both sides now,
from give and take, and still somehow
it's love's illusions I recall.
I really don't know love at all.

Tears and fears and feeling proud to say "I love you" right out loud,
dreams and schemes and circus crowds, I've looked at life that way.
But now old friends are acting strange, they shake their heads, they say
I've changed.
But Something's lost but something's gained in living every day.

I've looked at life from both sides now,
from win and lose, and still somehow
it's life's illusions I recall.
I really don't know life at all.

I've looked at life from both sides now,
from up and down, and still somehow
it's life's illusions I recall.
I really don't know life at all.


34, Antwerpen, Papillon (2010)



Het mooiste woord ter wereld, in alle talen. Spreek het langzaam uit en zie het vliegen door de groene wei gekleurd met bloemetjes, hoor de zoemende bijtjes, voel de zonnestralen op je huid, kijk naar de schaarse witte stapelwolken in de hemelsblauwe lucht. En zucht.

Schmetterling
Papillon
Butterfly
Farfalla
Mariposa
Faracha
Sommerfugl
Kipepeo
Kelebek
Fjäril
Fluture
Vlinder


34, In Verhalenland, Gente Di Mare (1987)

Een opdracht van de schrijfles. Met muziek die om de een of andere reden past bij de tijd van toen ik nog met rennerkes speelde.
Een rennerke. Als ik niet vol in de remmen had gemoeten voor een slippende voorganger, ik was er pardoes voorbij gefietst. Eén seconde heb ik nodig om te weten welk klein dingetje daar van op de grond een straal zonlicht in mijn ogen flitst. Een mini-fietser, een wielrenner van plastic, drie op drie centimeter klein. Mijn hart klopt in mijn keel zoals de fiets van Tom Boonen over de kasseien van Parijs-Roubaix dendert. Een rennerke!
Ik ontwijk de fietsers die achter mij komen en zet mijn mountainbike tegen een boom. Ik doe mijn handschoenen uit en pak het rennerke vast. Hij zit onder de modder. Ik geef hem een verkwikkende douche met mijn speeksel en droog hem af met de mouw van mijn jasje. Hij ziet er prachtig uit. Hij draagt een witte koerstrui met korte mouwen en een zwarte koersbroek. Zijn sokken hebben dezelfde kleur als zijn gladde benen en zijn schoenen hebben dezelfde metaalkleur als zijn fiets. De witte pet op zijn hoofd verraadt dat het een rennerke uit mijn jeugd moet zijn toen er van verplichte valhelmen nog geen sprake was.
Het is zondagochtend, nog geen negen uur en het vriest boomwortels uit de grond. Maar ik spring niet terug op de fiets om mijn tocht door de Herentalse bossen verder te zetten. Ik zet mij op de dichtstbijzijnde boomstronk terwijl de andere deelnemers van de toertocht mij passeren. Ik vang af en toe een “ça va?” en een “pech?” op maar echt registreren doe ik dat niet. Het rennerke palmt mij zodanig in dat ik mijn handen zelfs niet voel verkleumen.
Mijn gedachten fietsen nu in sneltempo achteruit om aan te belanden bij mijn kindertijd in ons huis in de Marialei. Ik zit aan de eettafel en mama spreidt het blokjestafelkleed uit. Ik open mijn doos met rennerkes. Zorgvuldig plak ik een nummer op de rug van elke deelnemer en nauwgezet noteer ik namen en nummers in mijn koersschriftje. En dan klinkt het startschot. Ik gooi met de twee dobbelstenen en zet rennerke na rennerke vooruit op het tafelkleed. In stilte geef ik commentaar en co-commentaar bij de wedstijd. Ik zit volledig in mijn eigen koerswereld.
Drie tussensprinten, twee bergprijzen en één massale valpartij later (mijn kleine broer vond het nodig aan het tafelkleed te trekken …) is het tijd om de prijzen uit te delen aan de meet. En dat alleen maar omdat mama mijn parcours nodig heeft om de avondmaaltijd op te serveren. Ach ja, dan organiseer ik na het eten wel een nieuwe rit.
Ik ontwaak uit mijn dagdroom omdat mijn achterwerk het, ondanks dat zemen vel in mijn broek, nu verdomd koud krijgt op die boomstronk. Ik steek het rennerke in het sleutelvakje vooraan in mijn koersbroek en spring gezwind op mijn fiets. Nu ben ik zelf een rennerke. Ik gooi mijn innerlijke dobbelstenen naar tweemaal zes ogen en ga als een bezetene tekeer. Ik vlieg elk heuveltje op om punten voor de bergprijs binnen te halen, ik haal vol risico andere fietsers in om toch maar die ingebeelde tussensprinten te winnen. In de laatste kilometer krijg ik mijn kompanen waar ik die ochtend mee gestart ben in het oog. Ik haal ze in en met een splijtende demarrage laat ik ze achter. Helemaal warm vanbinnen bereik ik alleen de aankomst.
“Wat had jij ineens?” vraagt een vriend terwijl ik al aan het aanschuiven ben aan de afspuitstand. “Tja, een goeie dag zeker?” antwoord ik. Onopvallend tast ik naar het rennerke in mijn broek. Een hele goeie dag!



34, Antwerpen, Your Shopping Lists Are Poetry (2006)

Vanmorgen is mijn zak gescheurd. Terwijl ik aan het fietsen was. Pijnlijk hoor.

Daar lagen al mijn inkopen op de asfalt van de Rotterdamstraat. Ik heb ondertussen bedacht wat de oorzaak is. De zak was zeker niet te vol, het lag ook niet aan mijn rijstijl of aan de tramsporen want daar wip ik tegenwoordig vlot over, Sven Nijs-style. Nee, ik was met een zak van de gb gaan shoppen in de Criée/Spar. En dat doe je niet ongestraft. Ik vond al dat de prei mij met een afkeurende blik aankeek. En het potje rozemarijnkruiden waagde zelfs een ontsnappingspoging na de valpartij door naar de andere kant van de straat te rollen.

En natuurlijk, oh cliché, had ik eieren gekocht. Ik leg ze altijd boven op de andere boodschappen in de hoop dat, als er iets gebeurt, de val wordt gebroken door de yoghurt, het pakje linguini of de groene kool. Maar helaas pecorinokaas, de eieren braken. Alle zes. Net geprobeerd, je kan geen omelet maken zonder eieren. Echt waar, dat gaat niet.

Nu nog een sterretje in mijn voorhuid ... euh voorruit natuurlijk en het is helemaal compleet.

34, Hoboken, You Can't Always Get What You Want (1968)

Er bevinden zich minstens vier Turkse kappers op een wandelafstand van 5 minuten van mijn woonst. Een van de voordelen van in Antwerpen Noord te wonen: zelfs op een zaterdag vind ik altijd wel een kapper waar ik geen kans heb om op de wachtstoel te gaan zitten om de Gazet Van Istanboel te lezen, zo snel word ik naar de kappersstoel geleid en geknipt. Wat is er nog leuk:

- de ernst en concentratie waarbij de kapper te werk gaat
- daaruit voortvloeiend de weinige woorden die worden gesproken (had ik al geschreven dat ik niet goed ben in koetjes en kalfjes gepraat? zeker niet over het weer?)
- het briefje van 10 euro dat het enige geld is dat mijn portefeuille verlaat na afloop
- de swingende Turkse muziek op de achtergrond

Ik was dus zeer in mijn nopjes vanmiddag in de Dambruggestraat bij de kapper. Ik had vlak voor mijn kappersbezoek een stuk lekkere pizza gekocht bij de Turkse bakker in de Sint-Gummarusstraat (1,70 euro!) en de gedachte van die smakelijk op te eten thuis deed me nog harder in mijn nopjes zijn.

De kapper was mijn kapsel aan het afronden. Hij nam een stuk elektriciteitsdraad vast en dompelde het ingewikkelde uiteinde onder in een vloeistof. Ah dat zal de aftershave zijn, dacht ik. Vast weer een nieuwe manier om die aan te brengen. Ik bereidde mij al voor het op het gevoel van enkele seconden brandende pijn gevolgd door het fantastisch frisse gevoel achteraf. Eigenlijk goed te vergelijken met je vinger in gesmolten kaarsvet steken: je weet dat het even pijn zal doen maar nadien geeft het toch zo'n aangenaam gevoel ...

Maar ik schoot snel wakker uit mijn dagdroom want wat deed de kapper? Hij stak die draad in brand! "Oh shit" dacht ik "dit ken ik van Vlaanderen Vakantieland wanneer een of andere Nic Balthazar-figuur in Turkije naar de kapper gaat. Die gaat hier mijn oren in brand steken." Ik had geen tijd om eventueel te zeggen "euhm ... dit hoeft niet hoor, volgens mij groeien er nog geen bompaharen uit mijn oren, toch bedankt voor het aanbod!". Nee, de kapper stak de vlam zonder aankondiging met enkele halen in mijn rechteroor. Ik verzeker u, dat is een vies en onnatuurlijk gevoel. Alsof mijn oor een of andere BBQ-delicatesse is die even later met een weinig peper en wat citroensap zal genuttigd worden. Ik kon nog niet opgelucht zijn toen het gedaan was want ja, ik heb ook een linkeroor dat eraan moest geloven. Ik kon mijn oren niet geloven!

Het was even snel voorbij als het begonnen was. In de spiegel stelde ik vast dat mijn oren hooguit wat roder waren dan anders. En ze zullen dan wel haarlozer zijn dan ervoor zeker? Allé, dat heb ik dan ook weer eens meegemaakt.

Dit moest ik even kwijt tussen de dEUSliefdesverhalen door.

Het muziekje van vandaag draag ik op aan M. zonder r uit A. Met welgemeende dank voor de speciaalraarleuke avond :-)


34, Antwerpen, I didn't see it coming (2010)

Als ik dit seizoen al vijf minuten van de Allerslimste Mens Ter Wereld heb gezien dan zal het veel zijn. Geen idee hoe het komt maar ik ben niet mee met dat programma. Van die getelefoneerde mopjes waarbij Erik Van Looy al voor de clou uit beeld valt van het lachen, daar moet je bij mij niet mee afkomen. En Ward De Bever zou beter eerst zijn politieke job doen en dan pas met spelletjes meedoen op tv. Dat vind ik toch.

Ik had geluk want tijdens die vijf minuten werd de Allerslimste Mens Ter Wereld even heel boeiend. De mizquaster stelde de volgende vraag: "welke vier persoonlijkheidskenmerken associeert u met het sterrenbeeld weegschaal?". Vroeger zou mijn maag zich bij het horen van die vraag hebben omgekeerd als een Oostblokse gymnast aan de ringen (met afsprong!) maar tegenwoordig laat ik de astro...believers (ik kan nooit onthouden of het -logie of -nomie is) zelfs al uitspreken als het over horoscopen en ascendanten en standen van de maan en al gaat. Dat komt omdat ik nogal een twijfelaar ben en daarmee weten we meteen het eerste trefwoord:

1. twijfelaar

En dit waren de andere trefwoorden:

2. smaakvol: euhm, heeft niet iedereen een bepaalde smaak en is niet iedereen daarom smaakvol? wie bepaalt welke smaak voller is dan een andere?

3. sociaal: ja, ik ga graag op café maar ook: euhm nee, ik ben graag alleen

4. harmonieus: ja, ik heb graag dat de bank symmetrisch staat met de tafel en ja ik hou niet van conflicten

Ik moet toegeven dat ik het toch wel bijzonder interessant vind heel het astrogedoe. Al was het maar omdat ik mijn getwijfel nu kan plaatsen. En het is ook makkelijk uitbeeldbaar: armen naast u, hou uw ellebogen tegen uw lichaam, voorarmen recht vooruit, handpalmen naar de hemel gericht en afwegen maar.
"Er is geen volkoren brood meer meneer, wat wilt u dan?"
"Wat is het zwaarst, een liter volle of een liter magere melk?"
"Igor, wil jij met me trouwen?"

In elke situatie toepasbaar, echt waar :-)

Maar oei oei oei er bestaan blijkbaar geen mooie liedjes over weegschalen of over het in evenwicht zijn. Een te saai onderwerp waarschijnlijk voor een getormenteerde songschrijver. Daarom maar een mooi liedje van Belle&Sebastian van de plaat die ik maar niet beu word:







34, Antwerpen, Ain't No Mountain High Enough (1967)

"Wij maken geen voornemens, wij maken plannen!!!" riep T. ergens tijdens de eerste uren van 2011. En omdat het niet de eerste keer was dat ze me verbeterde zette ze haar uitroep kracht bij met een welgemeend gefrons en een ultrastrakke blik. De uitroeptekens spatten uit haar ogen als de grote bouquet van het vuurwerk.

Oke, vanaf nu zijn voornemens só 2010 en dus só afgevoerd. In 2011 maken we plánnen en voeren we die gewoon uit. Hieronder een selectie uit mijn Persoonlijke Plannen Lijst, hierop mag u mij afrekenen op 31/12/2011, 23.59 uur:

Beklimming, per fiets, van de legendarische, mythische berg der bergen: de Mont Ventoux
--> eindelijk wordt die oude jongensdroom werkelijkheid.

Een eerste aanzet, aarzelend doch zelfzeker, tot een zelfgeschreven verhaal.
--> eindelijk wordt die oude jongensdroom werkelijkheid.

Een feest met toog en dansvloer ter gelegenheid van mijn 35e verjaardag.
--> omdat er niet genoeg gefeest en gedanst kan worden.

Als er nog plannen bijkomen dan leest u het hier. Tenzij het om Te Persoonlijke Plannen gaat. Wenst u die te weten dan moet u met mij op café. En dat kan, met veel plezier zelfs, want ik ben ook benieuwd naar uw plannen. Maar o wee wie het woord voornemens gebruikt. Ik stel voor dat de drankjes dan voor uw rekening zijn.

En om mezelf al wat moed in te zingen voor de Mont Ventoux: