The lost art van het schrijven van brieven

Eén van de leukste boeken die ik dit jaar heb gelezen was 'Een manier van vriendschap', een briefwisseling tussen de auteurs Paul Auster en J.M. Coetzee. Zoals de titel het zegt hebben ze het in hun brieven over de vriendschap maar ook over hun kindertijd, sport, taal, Israël, Palestina, straatnamen en nog veel meer. Het hoefde allemaal niet tot iets te leiden, het is een gewone conversatie tussen twee bijzondere mannen over gewone dingen. Heerlijk om te lezen.



Vooral ook omdat ze hun brieven lekker ouderwets met de post naar elkaar opstuurden (van New York naar Zuid-Afrika en terug). Het doet me denken aan de tijd dat ik nog brieven schreef en kreeg. Het was een jaar of vijftien geleden één van mijn grootste geneugten: naar de brievenbus gaan, met ingehouden adem het sleuteltje in het slot steken, draaien en dan een brief te zien liggen, geadresseerd aan Igor Daems. Het genot gaat verder: dan naar binnen gaan, water koken voor een tasje thee, met die tas in mijn slaapkamer aan mijn bureau gaan zitten en dan, zo plechtig mogelijk, de envelop openen. De brief uit de envelop halen, openvouwen en lezen. En herlezen. En nog eens.

Ook het schrijven van een brief deed ik graag. En de brief gaan bussen in de postbus of in de brievenbus van een nabij wonende geadresseerde vond ik ook al zo leuk. Ondertussen stiekem een sigaretje rokend, dat wel.

Honderden brieven heb ik geschreven en gekregen. Naar en van lieven, would-be-lieven, lieven in spe, ex-lieven en gewone vriendinnen. Al die brieven bewaarde ik in een doos. Tot die dag van totale zinsverbijstering toen ik de doos met brieven bij het oud papier zette. Toen dacht ik: hoe minder bagage, hoe beter. Nu denk ik: wat een gezeik, Igor, je had ze beter bij gehouden. Tonnen spijt dat ik daarvan heb.

Maar ik troost mij met de gedachte dat niet iedereen zo stom kan geweest zijn en dat er ergens op deze aardbol een vrouw af en toe nog eens een oude brief van mij vastpakt en die leest. En herleest. En nog eens. Met een tas thee of een sigaret erbij, dat mag ze zelf kiezen.


35, Berlijn, Walk Unafraid (1998)

Het is tijd voor een paar nieuwe schoenen. Die gedachte spookte vorig jaar al door mijn hoofd. Maar op de een of andere manier kon ik maar geen afscheid nemen van mijn laarsjes. Nu waren ze echt versleten en op, ze konden het elk moment begeven. Het was tijd voor hun welverdiend pensioen.

In Berlijn kocht ik nieuwe schoenen. Voor de liefhebbers: van het merk Fly Londen. Uiteraard werden het laarsjes, ietsje zwaarder dan de vorige. Maar het was dan ook vollen bak winter in Berlijn dus dat konden ik en mijn voeten goed gebruiken.



Op ons appartement liet ik mijn oude paar schoenen nog even alleen met mijn nieuwe paar. Kwestie van wat tips door te geven (ja hoor: goede arbeidsomstandigheden en al, niet echt stinkvoeten, maar je moet wel je leven lang hard werken). En dan was er het afscheid. Ik op mijn nieuwe schoenen terug naar huis. De oude zijn in Berlijn gebleven.
Zo walk ik weer unafraid door het leven.